Werkgroep Florakartering Drenthe

Bijzondere vondsten in 2015

Klik hier voor alle beschikbare foto’s van 2015.

Klik de foto’s in de tabel voor een vergroting.

SoortPlaats/
Km-hok
Gevonden doorMaand/Opmerkingen
Rosse vossenstaart
(Alopecurus aequalis)
Wateren
215-546
Guido LekMei, in een opengemaakte oude slenk van de bovenloop van de Vledder Aa in het Nationaal Park Drents-Friese Wold. Rosse vossenstaart is na 2000 maar uit 10 andere km-hokken in Drenthe gemeld (verspreidingsatlas.nl). Het is een lastig te herkennen soort, die buiten de bloeitijd vermoedelijk makkelijk over het hoofd wordt gezien. Zie ook Nieuwsbrief 50, Bentepollen: bijzondere plantenvondsten in Drenthe in 2014.
Kruipend moerasscherm
(Apium repens)
Holmers
238-547
Han RunhaarJuli. Tijdens het uitzetten van een transect in het natuurontwikkelingsgebied De Holmers (SBB) stuitte Han Runhaar op toen nog niet bloeiende planten van overduidelijk een moerasschermsoort (zie foto), die zich later met zekerheid ontpopte als Kruipend moerasscherm. Voor Drenthe betekent dit een weerzien met deze ernstige bedreigde Rode lijst-soort sinds ver vóór 1950. Kennelijk hebben de inrichtingsmaatregelen in De Holmers weer gunstige kiemomstandigheden voor Kruipend moerasscherm gecreëerd: door vee opengetrapte, drassige plekken in de ’s winters ondiep ondergelopen vegetatie. Het pessimisme over de terugkeer van deze soort in Drenthe, zoals verwoord in de Atlas van de Drentse flora (p. 247), was dus niet terecht. Alle reden het weer verschijnen van deze Europees bedreigde soort, die (als een van de weinige planten in Nederland) is aangewezen als Habitatrichtlijnsoort, te vieren in een uitzending van Roeg op zaterdag 19 september. Zie hier. Kruipend moerasscherm komt anno 2015 in Nederland voornamelijk in Twente, Zeeuws-Vlaanderen en op enkele locaties in Noord-Brabant voor (zie verspreidingsatlas.nl).
Tongvaren
(Asplenium scolopendrium)
Assen
227-551
Willem Braam31 Januari, op een sluismuur aan de Groningerstraat.
Tongvaren is een van de muurplanten, waarvoor in 2015 extra aandacht wordt gevraagd. Vooral in West-Nederland heeft deze varen van vochtige, beschaduwde groeiplaatsen als kademuren, sluizen en waterputten zich sinds 1990 flink uitgebreid (zie verspreidingsatlas.nl). Ook het aantal meldingen uit Drenthe is sinds het verschijnen van de Atlas van de Drentse flora (1999) toegenomen: vóór 2000 uit twee km-hokken, nadien uit minstens 12. De positieve trend van de soort, vooral in stedelijk gebied, is deels toe te schrijven aan de zachte winters van de afgelopen jaren. De soort profiteert vermoedelijk ook van de (voor veel andere soorten veel te) hoge stikstofbelasting.
Dreps
(Bromus secalinus)
Westerbork
238-540
WFD-excursie4 Juli, ongeveer 5 planten gevonden tussen de hoge grazige begroeiing in een berm tijdens de WFD-excursie, in tropische hitte, naar het Reijntjesveld. Dit is in Drenthe de eerste vondst na 1950 van deze eenjarige grassoort, die kenmerkend was voor arme wintergraanakkers. In de Atlas van de Drentse flora (1999, p.141) werd de kans op hervestiging van deze, toen ook in de rest van Nederland vrijwel uitgestorven Rode lijst-soort, klein geacht. Dreps is ook nu nog een zeer zeldzame, ernstig bedreigde soort, die na 2000 maar uit drie atlashokken in Noord-Nederland is gemeld (verspreidingsatlas.nl).
Aziatische veldkers
(Cardamine hamiltonii)
Meppel- kerkhof/crematorium
208-524
Edwin Dijkhuis30 December, tijdens Eindejaarsplantenjacht. Na de eerste vondst, voorjaar 2014 (zie Bijzondere vondsten 2014), is deze nieuwe veldkerssoort al in heel wat km-hokken, vooral binnen stedelijk gebied, gevonden. De meeste meldingen zijn via waarneming.nl binnengekomen. Binnen Drenthe zijn het zuidwesten en noorden van de provincie tot nu toe de gebieden met de meeste waarnemingen (zie verspreidingsatlas.nl).
idemMeppel- Bergierslanden
208-522
Edwin DijkhuisIn voortuin.
Paarbladig goudveil
(Chrysosplenium oppositifolium)
Oosterhesselen, De Klencke
247-248/530-531
Jeroen OsingaApril, meerdere groeiplekken langs sloot, die uitkomt in de Boksloot, onder bos langs terrein van Natuurmonumenten. Deze groeiplaats van Paarbladig goudveil is sinds 2004 bekend en de tweede in Drenthe. Net als Verspreidbladig goudveil (C. alternifolium) is Paarbladig goudveil gebonden aan drassige, beschaduwde plaatsen met sterke kwel (zie Atlas van de Drentse flora, p. 632). Beide soorten zijn dan ook vooral bekend van brongebieden in Twente, langs de Veluwezoom en in Zuid-Limburg (zie verspreidingsatlas.nl).
Watercrassula
(Crassula helmsii)
Terheijl
222-574
Lubbert DijkJuni, in een verlande poel aan de Vaghevuursche laan tegen het Natuurschoonbos aan (ongeveer 7 m2) en het groeit ook door en tussen het gras de kanten op. Deze recent ingeburgerde aquarium- en vijverplant heeft zich sinds 2005 ook in Drenthe in steeds meer, vaak pas gegraven, poelen of laagten gevestigd. Deze vondst bij Terheijl is tot nu toe voor Drenthe de noordelijkste groeiplaats van deze exoot, die vooral op de pleistocene delen van ons land en in de duinen haar ontembare groeikracht ontplooit, ten koste van de andere waterflora en -fauna (verspreidingsatlas.nl).
Kamferalant
(Dittrichia graveolens)
langs A32 en A28
zie kaartje

Edwin de Weerd
Willem Braam
Oktober/november, na de eerste meldingen uit twee km-hokken langs de A28/A32 bij Meppel het najaar van 2014, is deze kleverige, bij kneuzen naar kamfer ruikende eenjarige composiet al in 10 km-hokken vanaf Assen-Noord tot bij De Punt, op de grens met Groningen, achter de vangrail van de A28 gesignaleerd en ook op het verkeersknooppunt A28/A37, net ten zuiden van Hoogeveen. Het is opmerkelijk dat Kamferalant tot nu toe vrijwel uitsluitend op plekken met op- en afritten van de genoemde snelwegen wordt gezien. Zal de soort in de komende jaren in de herfst als een donkergeel lint de automobilist begeleiden, zoals het witte lint van Deens lepelblad in april? Het verspreidingskaartje is geactualiseerd ten opzichte van dat in Bentepollen, Nieuwsbrief 51, 2015 (zie ook verspreidingsatlas.nl).
Schijnraket
(Erucastrum gallicum)
Terheijl
221-574
Lubbert DijkAugustus. Op het erf van kwekerij De Baggelhof komen al enkele jaren exemplaren van deze Rode lijst-soort tot bloei. Vermoedelijk is de plant, die van oorsprong Zuid- en het westen van Midden-Europa als verspreidingsgebied heeft, meegekomen in een pot met cultuurplanten. In Nederland komt de soort vooral voor in het rivierengebied (rivieroevers, wegbermen), op plekken met klei in de bodem (verspreidingsatlas.nl). Volgens de Atlas van de Drentse flora (p. 175) is Schijnraket in de periode 1970-1996 niet gemeld. Er zijn alleen wat oude opgaven van vóór 1950 bekend, juist ook in de omgeving van deze nieuwe groeiplek (km-hok 223-572). De stip op Verspreidingsatlas in ZO-Drenthe blijkt een opgave uit 1975 te zijn uit km-hok 253-529, bij Willemsoord, ten ZO van Erm. Deze melding berust op het voorkomen van één exemplaar langs een sloot tussen weilanden en akkers (gegevens provincie Drenthe). Bij het samenstellen van de Atlas van de Drentse flora is deze waarneming als te onbetrouwbaar niet opgenomen. Het hernieuwde optreden van deze crucifeer met bleekgele, groengeaderde bloemen, zoals verwacht in de Atlas van de Drentse flora is dus een feit en het lijkt niet zo kortstondig als toen ingeschat.
Kaal breukkruid
(Herniaria glabra)
Westerbork
238-540
WFD-excursie4 Juli, op een klein industrieterrein. Toen het zoekbeeld van een lichtgroen matje eenmaal op het netvlies stond, werd dit laagblijvende plantje van storingsmilieus hier op verschillende plekken gevonden. Kaal breukkruid is in de periode van de Atlas van de Drentse flora (1970-1996) maar één keer in Drenthe gevonden (op een parkeerplaats bij Norg, p. 226). Sinds 2000 neemt het aantal vondsten van deze pionier van open, grazige plekken op zandgrond, met hoofdverspreiding langs de grote rivieren, ook in Drenthe toe (verspreidingsatlas.nl).
Geelhartje
(Linum catharticum)
Gieterlanden
247-560
Willie RiemsmaJuli, twee groeiplaatsen van Geelhartje in het terrein van de WMD.
 idemAekingerzand (Kale duinen)
215-549
R. RiemersmaDeze soort van open plekken in open, schrale, droge tot vochtige grazige vegetaties is hier voor het eerst in september 2014 gevonden. Volgens de Atlas van de Drentse flora (1999, p. 461) is Geelhartje in de periode na 1950 pas in 1987 weer in Drenthe vastgesteld in de Reitma. Uit de gegevens op waarneming.nl blijkt dat Geelhartje de laatste jaren vaker wordt gemeld. De vondsten uit dit jaar zijn hier vermeld. Ook landelijk toont deze Rode lijst-soort een licht opgaande trend, al kunnen de aantallen van jaar tot jaar sterk fluctueren.
 idemBenderse heide (Dwingelderveld)
222-534
Edwin de Weerd 
 idemGrote startbaan Havelte
212-533
Edwin de Weerd André Goedhart
Hans Dekker
 
 idemHoogeveen, industriegebied Toldijk
228-528
Hans Dekker 
Grote wolfsklauw
(Lycopodium clavatum)

Sleenerzand
249-536
Peter HeegenMei, groeiplaats van ca. 3,5 m2 in een voormalig stuifzandgebiedje in het Sleenerzand, op een wat vochtiger plaats hier. Daar de groeiplaats met opslag dreigde te overgroeien, is opslag hier in samenwerking met een lagere school uit Noord-Sleen verwijderd. Uit dit km-hok is de soort voor het laatst in 1993 gemeld door Lubbert Dijk, samen met Kraaihei, Gewone dophei en Pijpenstrootje. Of het ook dezelfde plek betrof is niet bekend. De aanwezigheid van deze bedreigde Rode lijst-soort is in september 2015 bevestigd door Japchen Lenstra (waarneming.nl). Uit het kaartje op Verspreidingsatlas valt af te lezen dat er in dit deel van Drenthe nogal wat km-hokken zijn, waaruit na 1990 Grote wolfsklauw niet meer is gemeld (verspreidingsatlas.nl). Omdat Grote wolfsklauw na 1950 sterk achteruit is gegaan, is het een van de soorten waarvan het actualiseren van de verspreiding dringend gewenst is. De winter is daarvoor een geschikte tijd, dus wie wil kijken of Grote wolfsklauw toch nog in een bepaald km-hok aanwezig is, kan zo’n hok reserveren op verspreidingsatlas.nl.
Dessertbladen
Malva verticillata
De Wijk, op Dickninge
214-520
PWG ‘Natuurbeschermings- vereniging IJhorst-Staphorst e.o.’Op 30 december tijdens de Eindejaarsplantenjacht bloeiende exemplaren van Dessertbladen gevonden op een stuk land dat vroeger in gebruik was als maisland. Nu ingezaaid met kruiden waaronder o.a. Groot kaasjeskruid, Gele ganzenbloem en Goudsbloem. Dit is de tweede melding uit Drenthe. Een ontsnapt exemplaar van deze moestuinplant is voor het eerst in 2014 door Guus de Vries opgemerkt (waarneming.nl). Dessertbladen is sinds de eeuwwisseling aan het inburgeren. De meeste meldingen komen tot nu toe uit Noord-Brabant en de omgeving van Arnhem-Nijmegen (verspreidingsatlas.nl).
Klein vlooienkruid
(Pulicaria vulgaris)
Mepper Hooilanden
240-531
Arnout Jan RossenaarAugustus, eerste groeiplaats in Drenthe met ongeveer 10 bloeiende exemplaren; in september door Edwin de Weerd ongeveer 30 exemplaren gevonden. Deze eenjarige pionier van matig voedselarme, vochtige grond is een kenmerkende Natura2000-soort van het rivierengebied (verspreidingsatlas.nl), die mogelijk via ganzen of eenden in Drenthe is beland.
Melige toorts
(Verbascum lychnitis)
Klooster bij Coevorden
244-519
Harm TjepkemaJuni, eerste vondst van deze soort in Drenthe! Van deze tweejarige met als meel bestoven, viltig behaarde bloeiwijze en stengel groeiden een tiental planten op een overhoekje (pony-weitje) tussen de N34 en de buurtschap ’t Klooster. Het is een soort van kalkrijke zomen die vooral langs de grote rivieren en in de duinen voorkomt. De bloemen zijn meestal wit, maar soms ook geel (verspreidingsatlas.nl).